Over het verschil tussen een drone en een drone
De laatste tijd is er weer veel onduidelijkheid over de vraag wat nu precies een ‘drone’ is. Je hoeft de headlines er maar op na te slaan: “Vliegtuig in botsing met drone”, “Drone voert aanvallen uit op Taliban”, “Record aantal drones verkocht tijdens kerst”. Maar over wat voor drones hebben we het dan eigenlijk? En zijn er geen preciezere aanduidingen?
Oorspronkelijk werd het woord drone vooral gebruikt om onbemande militaire toestellen aan te duiden, die op afstand bestuurd worden. Feitelijk gaat het dan om remotely piloted aircraft, ofwel RPA. In de volksmond werd echter gewoon ‘drone’ gezegd. Die term wordt sinds een paar jaar ook gebruik voor het aanduiden van kleine civiele onbemande systemen (zeg maar het soort drones waar de laatste tijd veel in de media over te doen is), en daar ontstond de begripsverwarring.
Speelgoeddrone
Wie tegenwoordig naar de Bart Smit gaat komt daar uiteenlopende drones tegen, variërend van nano-drones ter grootte van een paar centimeter en met een verkoopprijs van een paar tientjes tot en met serieuze quadcopters van honderden euro’s. Laatstgenoemde modellen kunnen soms wel een hoogte bereiken van honderden meters en wegen een kilo of meer, serieuze stukken ‘speelgoed’ dus.
In de context van bijvoorbeeld de discussie over de vliegveiligheid is de veel voorkomende vraag “hoeveel drones zijn er nu in Nederland verkocht?” daarom veel te breed: een nano-drone vliegt hooguit 10 meter hoog en zal met zijn gewicht van een paar gram echt geen gevaar opleveren voor een vliegtuig, het gaat om de toestellen van een kilo of meer waar piloten zich zorgen over maken. Je moet de vraag dus beperken tot een bepaald type/grootte drone, maar daar zijn dan weer geen verkoopcijfers van bekend.
UAV of RPAS
Om zich te onderscheiden van hobbyisten en militairen spreken professionele dronepiloten daarom liever van unmanned aerial vehicles (UAVs) of remotely piloted aircraft systems (RPAS), waarbij de laatste benaming nog iets juister is: een UAV hoeft namelijk niet per se op afstand bestuurd te zijn, terwijl dat bij een RPAS wel het geval is.
Om verwarring te voorkomen zou je kunnen spreken over RPAS voor een specifieke toepassing, bijvoorbeeld ‘militaire RPAS’ of ‘civiele RPAS’. Maar helaas gaat ook die vlieger niet op: een militaire RPAS kan net zo goed een bewapende Reaper met een spanwijdte van 20 meter zijn als een miniatuur verkenningsdrone die tijdens een antiterreuractie wordt ingezet om door de ramen van een verdacht pand naar binnen te gluren.
Fixed wing of quad/hexa/octocopter
Drones benoemen naar typologie heeft ook weinig zin: fixed wing drones zijn er ook in uiteenlopende soorten en maten, en quadcopters zijn er zoals gezegd in nano-formaat, maar er zijn ook al quadcopters gedemonstreerd die groot genoeg zijn om een persoon te vervoeren. En ook hexa- en octocopters zijn er in alle soorten en maten. Dus ook deze termen zijn weinig bruikbaar om de discussie over ‘drones’ beter te duiden.
Wellicht zullen we er ons bij moeten neerleggen dat er voorlopig nog flink wat spraakverwarring bestaat in het debat over drones. Vooral journalisten, piloten en politici zouden zich wat meer moeten inlezen in de materie voordat men alle drones over één kam scheert en men in de discussie het kind met het badwater weggooit. Tot die tijd moeten we misschien maar gebruik gaan maken van een begrippenkaart zoals bovenin dit artikel geplaatst, om verdere begripsverwarring te voorkomen.
Drone is de benaming die nu bij het publiek bekend is. Als ik ergens in het veld aan het vliegen ben met mijn quadcopter is de reactie van voorbijgangers “kijk, een drone!” Sommigen vragen me of dit nu een drone is. Als ik zeg dat het een quadcopter is dan verstaan ze me niet en moet ik uitleggen dat quad vier betekent en dat het een helikopter is met 4 motoren/propellers. Het woord klinkt in het Nederlands ook vreemd en is moeilijk te onthouden voor sommigen. een “kwat” klinkt ook een beetje als een klodder spuug.
Op hobbyclubs (modelvliegtuigbouw) wordt al een eeuw gevlogen met schaalmodellen van helikopters, vliegtuigen in alle soorten, zwevers en vliegende vleugels. Geen mens haalt het in zijn hoofd om die modellen drones te noemen, hoewel ze dat in feite wel zijn: op afstand bestuurde, onbemande vliegtuigen.
Misschien een Nederlandse afkorting gaan gebruiken: een ABOV of iets dergelijks.
Maar ik denk dat ‘drones’ gebruikt zal blijven worden voor multicopters. Het ligt makkelijk in de mond en met de huidige hausse is het voor verkopers/fabrikanten een makkelijk woord.
Overigens vraag ik me af of de huidige trend lang zal duren. Het vliegen is niet zo makkelijk als het lijkt en veel mensen (kinderen) die ik spreek hebben wel eens een quadcopter gekregen, maar die of meteen kapot gevlogen of al snel kwijtgeraakt door een windvlaag. Zelf heb ik er al verschillende versleten of in een hoge boom zien vastraken en na een half jaar vliegen kan ik mezelf nog slechts nog een ietwat gevorderde beginneling noemen. Dit terzijde.