Brandweer zet voor het eerst ’s nachts drone in
Afgelopen week heeft Brandweer Twente voor het eerst ’s nachts een drone ingezet. Het korps heeft daarmee een primeur voor Nederland. De drone werd gebruikt om te controleren of een natuurbrand in het Haaksbergerveen wel echt goed gedoofd was, nadat het terrein te voet verkend was. Het droneteam van de brandweer kan nu 24/7 worden ingezet.
Voorbereidend werk
Aan de nachtelijke drone-inzet ging heel wat voorbereidend werk vooraf. Volgens de Regeling op afstand bestuurde luchtvaartuigen moeten alle drones namelijk vanaf een kwartier na zonsondergang aan de grond blijven staan, iets waar ook de brandweer zich aan te houden heeft. Die regel vloeit voort uit de visual flight rules (VFR), waar ook ander klein luchtverkeer mee te maken heeft.
Er kon pas een ontheffing verleend worden op deze bepaling als de brandweer kon aantonen dergelijke nachtvluchten veilig te kunnen uitvoeren. Voorwaarde is daarbij onder andere dat de droneteams goed opgeleid zijn en dat er procedures in het operationeel handboek bestaan voor het vliegen buiten de daglichtperiode. Dat moest allemaal van scratch af aan ontwikkeld worden.
Opleiding nachtvliegen
Eén van de drijvende krachten achter het dossier nachtvliegen is Martijn Zagwijn. Mede dankzij zijn inspanningen mag de brandweer al sinds enige tijd drones inzetten bij calamiteiten. Door de training vliegen tijdens avond- en nachturen kan het droneteam nu 24 uur per dag opgeroepen worden. Twente loopt hierbij voorop, maar inmiddels worden ook dronepiloten bij de brandweer Rotterdam en Haaglanden opgeleid.
Tijdens de opleiding nachtvliegen wordt er onder andere stilgestaan bij de onderlinge communicatie in het duister, het voorverkennen van de omgeving en hoe te handelen als de drone niet meer zichtbaar is. Ook moeten er technische aanpassingen gedaan worden aan het toestel. De opleiding moet niet alleen door de dronepiloten maar ook door de payload operators worden gevolgd.
Natuurbrand
De natuurbrand bij Haaksbergerveen was volgens Zagwijn ‘een ideale vuurdoop’ voor de Argus drone. Bij aankomst bij de brand bleek dat het gebied slecht te voet bereikbaar was. Alhoewel de brand op een gegeven moment vanzelf uit ging en er geen vlammen en rook meer zichtbaar waren besloot de Officier van Dienst om toch de drone over het perceel te laten vliegen.
Dat was geen overbodige luxe. De warmtebeeldcamera onder de drone registreerde al snel een tiental plekken met een verhoogde temperatuur. Zagwijn: “Door de inzet van Argus konden we in het zeer moeilijk bereikbare gebied snel de hotspots waarnemen. Voor ons is dit cruciale extra informatie die we vanuit de lucht hebben gekregen. Zonder Argus hadden we dit beeld niet kunnen krijgen.”
In overleg met de boswachter werd daags na de brand nog een controlevlucht uitgevoerd met de drone.

(bron: Brandweer Twente)