Drones inzetten als gemeente: “Communicatie is van groot belang”
De werkorganisatie HLTsamen beschikt als eerste gemeentelijke organisatie van Nederland over een eigen drone mét dronepiloot en een volledige ROC vergunning. Het doel is om drones in te zetten voor dataverzameling voor de basisregistratie, handhaving en vastgoedinspecties. Voor deze editie van Drone Talk spraken we met mede-initiatiefnemer en dronepiloot Hugo Geerlings van het HLT-droneteam over het traject en de doelstellingen.
Waar staat HLTsamen precies voor?
“HLT staat voor de gemeenten Hillegom Lisse en Teylingen. Het is een professionele organisatie die de gemeentelijke taken uitvoert voor drie gemeenten. De werkorganisatie is zoals dat heet ‘dienstbaar’ aan drie gemeentebesturen.”
Hoe kwam je zelf in aanraking met drones?
“Rond 2005 was ik op een gebruikersdag van een softwarebedrijf dat zich bezighoudt met het beheer van de Openbare Ruimte. Tijdens één van de sessies stonden twee jongens enthousiast te vertellen over de mogelijkheden van hun drone. Het was een fixed-wing toestel die met een lanceerinrichting omhoog geschoten werd. Ze hadden een heel verhaal over wet- en regelgeving en de tijd die in de vergunningen ging zitten. Toen dacht ik nog: wat een overdreven verhaal over die regelgeving. Maar, nu weet ik wel beter.
Vier jaar geleden ben ik als hobbypiloot gaan vliegen met een quadcopter uit de DJI Phantom 3-serie. Gewoon om leuke plaatjes en filmpjes te schieten vanuit een ander perspectief. Het resultaat was best goed met een 4K camera. Nu vlieg ik een DJI Inspire 2 met X5S camera. Het innovatieve gebruik en de dronetechnologie spreekt mij enorm aan. Wat kunnen we er nu en straks in de toekomst allemaal mee doen.”
Hoe kwam je op het idee om drones in te zetten voor gemeentelijke taken?
“Mijn werk gaat over het opbouwen en bijhouden van de BGT (Basisregistratie Grootschalige Topografie) en de BAG (Basisregistratie Adressen en Gebouwen). Vanuit die rol ben ik mij gaan verdiepen in de mogelijkheden van het inwinnen van data met drones. Dat is op zich niet nieuw. Er zijn al verschillende bedrijven bezig op dit vlak. De uitdaging is met name om als gemeente de drones zodanig in te zetten, dat hier voordeel uit gehaald kan worden.”
Voor welke vergunning hebben jullie gekozen?
“Om meer met de drone te kunnen doen in de gemeente, zoals boven bebouwing vliegen en dichtbij autowegen, hebben we ingezet op een volledige ROC-vergunning. Daarvoor heb ik een RPA-L theorie- en praktijkopleiding gevolgd bij NLR. Ons operationeel handboek is opgesteld door Aerial Pro. De ROC vergunning hebben we begin 2019 aangevraagd. De vergunning werd verleend in januari 2020. Hier hebben we dus bijna acht maanden op moeten wachten; niet meegerekend is de voorbereidingstijd voor het opstellen van de vergunningsaanvraag en het opstellen van het handboek.”
Voor welke taken wil HLTsamen drones gaan inzetten?
“Dit jaar zou in het teken staan van een aantal experimenten, maar de COVID-19-crisis gooide roet in het eten. Tijdens de eerste maanden van de crisis hebben we samen met de politie veel vlieguren kunnen maken in bijna de gehele Bollenstreek om de bezoekersaantallen naar de bollenvelden en het strand te monitoren.
De experimenten die we als droneteam nog op willen pakken zijn onder andere:
- Het optimaliseren van de huidige inwin- en verwerkingsmethodieken;
- Inspelen op toekomstige ontwikkelingen zoals de SOR (Samenhangende Objecten Registratie) en het DSO (Digitaal Stelsel Omgevingswet);
- Gemeentelijke vastgoedinspecties;
- Inzet bij handhavings- en veiligheidstaken en incidentbestrijding;
- Gebruik van dronebeelden voor communicatie-, presentatie en educatie doelstellingen;
- Diverse onderzoekstoepassingen en dataverzameling tbv. monitoring en sturing op diverse gemeentelijke beleidsterreinen;
- 3D mogelijkheden inpassing nieuwbouwprojecten.”

Hoe is het droneteam ingebed in de organisatie?
“Door de grote verschillen in toepassingen zoekt het droneteam continu de verbinding met andere expertises en competenties die mee kunnen denken om een verscheidenheid aan experimenten te vinden en uit te voeren. Denk hierbij aan data-analisten, FG (Functionaris Gegevensbescherming), communicatieadviseurs en projectmedewerkers. Ook wordt gekeken of we samenwerkingen kunnen aangaan met bijvoorbeeld Unmanned Valley (Valkenburg) te Katwijk.
Binnen HLT kunnen medewerkers een verzoek doen voor een drone-inzet die ondersteuning kan bieden bij hun werkzaamheden nu of in de toekomst. Met het droneteam kijken we dan of dit verzoek valt onder één van de genoemde toepassingen, of een aanvulling hierop is. De drone biedt nieuwe invalshoeken om bestaande registraties en de processen daarachter te bekijken. Door hiermee te experimenteren willen we ervaring opdoen om vervolgens te af te wegen of er voldoende resultaten worden behaald om de drone een structurele basis te geven.”
Hoe pakken jullie de communicatie rondom de inzet van de drone aan?
“Het plannen van een vlucht gaat niet alleen over het maken van een vluchtplan, maar ook de communicatie daaromheen. Communicatie is van groot belang, vooral bij een drone-inzet boven bebouwing. In onze gemeenten wordt de locatie van de drone-inzet op de website geplaatst en gedeeld op sociale media.
Daarnaast hebben we speciale vlaggen die aan weerszijde van het operatiegebied (waar de drone vliegt) geplaatst worden om de inwoners te waarschuwen tijdens de vlucht. Bij het opstellen van het vluchtplan wordt rekening gehouden met diverse aspecten, denk hierbij aan de weersomstandigheden en de risicoanalyses die in ons handboek zitten.”
Op welke locaties wordt de drone momenteel voornamelijk ingezet?
“De drone wordt op dit moment het meeste ingezet in nieuwbouwwijken en buitengebieden van de gemeenten. Dit kan op dit moment alleen in Lisse en Teylingen. De gemeente Hillegom en een klein stukje van Lisse ligt in de buitenring van de CTR (Controlled Traffic Region) van Schiphol. We zijn op het moment aan het uitzoeken hoe we het vliegen in de buitenring mogelijk kunnen maken, want hier zijn aanvullende zaken en voorbereidingen voor nodig, zoals een vliegbrevet met een LPE (Language Proficiency Endorsement), RT (Radio Telephony) en een ontheffing met aanpassingen van het handboek met de standaardscenario, STS-1A-CAA-NL-CTR-V1.2.”

Wat zijn de voornaamste valkuilen?
“De grootste valkuil waar we tegenaan lopen is de onbekendheid met de techniek en de mogelijkheden van de drone. De woorden ‘ja, maar’ worden heel vaak in de mond genomen. Denk hierbij bijvoorbeeld aan de privacywetgeving. Het uitzoeken en het opstellen van een DPIA (Data Protection Impact Assessment) is een hele klus.
Het bedrijfsmatig met een drone vliegen heeft meer voeten in de aarde dan het maken van amateurvluchten. Ook zijn veel zaken nieuw voor het kersverse droneteam. We willen dat alles klopt voor we de lucht in gaan en dat kost (voorbereidings)tijd.”
Eén van jullie toekomstige experimenten heet Basis Up. Wat houdt dit in?
“De werktitel voor het drone-experiment Basis Up komt voort uit het bijhouden van de basisregistraties: Basis. Het bijhouden van die registraties is wettelijk verplicht. Met dit experiment willen we de basisregistraties naar een hoger niveau tillen: van 2D naar 3D, dat is de ‘Up’ in Basis Up. Denk hierbij aan de afkortingen die al genoemd zijn: het DSO, de SOR, BGT en BAG.
In de toekomst willen we naar automatische mutatie-detectie voor de basisregistraties door middel van machine learning vanuit satellietbeelden en andere data. Hoe mooi zou het zijn als naast die automatische detectie de drone volledig autonoom naar de locatie gaat om daar de specifieke gegevens in te winnen die geschikt zijn voor de basisregistratie.”

Wat vind je van de VNG whitepaper ‘Drones binnen de gemeente’, die afgelopen zomer verscheen?
“De whitepaper is een mooi document geworden met een waardevolle inhoud voor gemeenten en andere overheden. Maar ook voor diegene die wil starten in deze snel groeiende wereld van de drone technologie. De drone wordt al jaren als speeltje gezien, maar bewijst door ontwikkelingen qua techniek en op economische vlakken steeds meer zijn nut. Ik wil dan ook de whitepaper ‘Drones binnen de gemeente’ van harte aanbevelen. Het is een fors document geworden en het moet ook zeker helemaal doorgelezen worden, maar de inhoudspagina brengt je snel daar waar je interesse naar uit gaat of wat van belang is.”
Wat is je advies aan andere gemeente die met drones aan de gang willen gaan?
“Mijn advies om aan de slag te gaan in je gemeente: zorg dat je een goed team bij elkaar kan krijgen, dat als het nodig is ook out of de box kan denken. Maar hierbij moet zeker ook een teamlid zitten die je weer met beide benen op de grond kan zetten. Leg contacten met bedrijven die je verder kunnen helpen in deze lastige materie van wet- en regelgeving. Het is ook per gemeente verschillend hoe je nieuwe ontwikkelingen moet opstarten. Laat je goed informeren. Vergeet ook niet om de VNG whitepaper door te lezen. Hier staan heel veel waardevolle tips en weetjes in.”
Wat zijn voor jou de belangrijkste bronnen voor informatie?
“De belangrijkste bronnen voor informatie zijn voor mij nog steeds de website van de Inspectie Leefomgeving en Transport (onderdeel van het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat), het bedrijf die voor ons het handboek heeft opgesteld, maar ook Dronewatch.nl. Probeer ook zoveel mogelijk met collega-droners in contact te komen en te blijven. Een platform voor professionele dronegebruikers zou een uitkomst zijn, om informatie en ervaringen met elkaar te kunnen delen.”

Kan men ook bij jullie terecht voor meer info?
“Het droneteam van HLTsamen is nog maar pas officieel begonnen. Ook wij moeten nog heel veel ontdekken en leren. Ik zou voorstellen dat gemeenten die beginnen met drones eerst aan het werk gaan zoals ik in mijn advies heb aangegeven. Blijven er dan nog vragen over, dan is het HLT droneteam altijd bereid om hier antwoord op te geven.”
Hoe sta je tegenover de invoering van de EU droneregelgeving?
“Het is goed dat Europa zich bezighoudt met wet- en regelgeving op gebied van luchtvaart. Uniform beleid binnen deze beroepsgroep is zeker gewenst, met name op het gebied van onbemande luchtvaartuigen. Dat is belangrijk omdat ontwikkelingen hierin erg snel gaan. Dat er geen onderscheid meer is tussen recreatieve- en bedroepsmatige gebruikers in de categorie ‘Open’ vind ik niet logisch. Belangrijk is juist dat de groep beroepsmatige vliegers herkenbaar is, om hun drone-operaties goed en veilig uit te kunnen voeren.
Een hindernis zie ik nog wel in de handhaving, met name op gebied van privacy. Met drones minder dan 250 gram mag je bij invoering van de Europese wetgeving bijna alles. Maar de AVG geldt ook en die zit best wel ingewikkeld in elkaar, en het opstellen van een Data Protection Impact Assessment doe je niet zomaar. Je hebt veel kennis nodig van deze wetgeving om een goede DPIA op te kunnen stellen.”
Heb je nog een laatste opmerking?
“Vliegen met een drone, klein of groot, licht of zwaar, het blijft een geweldige bezigheid. De uitdaging is om steeds weer iets nieuws te ontdekken in de mogelijkheden van dit vliegtuig.”