Brancheorganisatie DCRO luidt noodklok over ‘amateuristische implementatie’ Europese droneregels
De Nederlandse brancheorganisatie voor gecertificeerde drone-operators DCRO heeft een brandbrief gestuurd aan het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat, waarin de noodklok wordt geluid over de ‘amateuristische implementatie’ van de nieuwe Europese regelgeving voor drones. De problemen betreffen met name de uitwerking van de Specific categorie. Volgens DCRO dreigt de dronesector hierdoor volledig tot stilstand te komen.
Hoge kosten, gebrek aan capaciteit, te complex
Volgens de ondertekenaars van de brief komt van de ambitie ‘Nederland Droneland’ die vijf jaar geleden door het kabinet werd geformuleerd in de praktijk maar bar weinig terecht. Al jaren vecht de branche tegen de strenge regelgeving waar met name professionele dronevliegers op vastlopen. Gehoopt werd dat de transitie naar een Europees stelsel van regels uitkomst zou bieden, maar die droom is volgens DCRO veranderd in een nachtmerrie.
De pijn zit hem met name in de gebrekkige implementatie van regelgeving ten aanzien van de Specific categorie. Deze categorie biedt drone-operators in theorie meer mogelijkheden om hun werkzaamheden uit te voeren, zo lang maar aangetoond kan worden dat dit veilig gebeurt. Maar door chronische onderbezetting bij de Inspectie Leefomgeving en Transport (ILT), zeer hoge tarieven voor de behandeling van vergunningaanvragen en onduidelijkheid over de transitie van bestaande ROC-vergunningen naar het nieuwe stelsel dreigt de sector volledig vast te lopen.
Ook hekelt DCRO de problemen die de zogenaamde SORA-methodiek met zich meebrengt. Deze methode om risico’s in kaart te brengen en te mitigeren vormt in theorie het fundament onder drone-operaties in de Specific categorie. Maar los van de complexiteit die de methode met zich meebrengt kunnen de benodigde certificeringen nog niet worden aangevraagd. Terugvallen op de door EASA opgestelde standaardscenario’s is geen optie, omdat er nog geen drones met het daartoe verplichte Cx labels op de markt zijn.
Het gevolg is dat bedrijven die actief willen worden in de dronesector in veel gevallen niet aan de slag kunnen gaan. Bestaande operators lopen bovendien tegen allerlei praktische hobbels aan en weten niet waar ze aan toe zijn als het gaat om het overzetten van hun bestaande vergunningen. Ook durven operators door de onzekerheid niet te investeren in nieuwe systemen. Volgens DCRO dreigt de overheid hierdoor een inmiddels professionele branche ‘compleet en onherstelbaar’ om zeep te helpen.
Aanbevelingen
Om uit de impasse te geraken doet DCRO een aantal aanbevelingen. Ten eerste wordt het ministerie opgeroepen om zo snel mogelijk werk te maken van een nieuw overlegorgaan, waarin vertegenwoordigers uit de branche samen met ambtenaren van IenW en de ILT moeten gaan werken aan oplossingen. Ten tweede zou IenW snel duidelijkheid moeten verschaffen over de stappen die bedrijven met een ROC-vergunning moeten zetten om te kunnen gaan werken volgens de nieuwe Europese regelgeving. En ten derde zouden de tarieven die ILT in rekening brengt voor de behandeling van vergunningaanvragen flink gereduceerd moeten worden.
Bekijk brandbrief (pdf)