Drone Dames: 5 tips voor het instellen van je drone-controller

Heb jij net een nieuwe drone gekocht, maar ben je nog niet vertrouwd met alle settings? Of heb jij inmiddels al een tijdje je drone, maar durf je nog steeds niet aan de geavanceerde camera-instellingen te zitten? No worries! De Drone Dames gaan je helpen, dus lees snel verder.

Op Dronewatch lees je deze zomer een serie artikelen van de Drone Dames, bestaande uit het duo Lonneke Tubbing en Marion Stoffels. Lonneke en Marion zullen je uitleg geven over alle aspecten van het maken van foto’s en video’s met behulp van drones.

1. Zet je instellingen naar RAW+JPEG

Het eerste wat je wilt doen bij je drone instellingen om betere foto’s te maken is je Image Format zetten op JPEG+RAW. De meeste drones (behalve de eerste generatie DJI Mavic Mini) hebben de optie om te fotograferen in RAW of JPEG en vaak ook allebei tegelijk. Maar wat betekent JPEG? En wat betekent RAW?

JPEG is het bekendste digitale bestandstype. Het is je vast wel opgevallen dat als je iets opslaat van het internet, of als je een foto doorgestuurd krijgt, dat het vaak een JPEG (of JPG) bestand is. Een JPEG is een ‘platte foto’. Oftewel als jij je foto’s wilt gaan na bewerken kan dat knap lastig worden met JPEG. Alle informatie van jouw foto is namelijk al bij elkaar gedrukt tot 1 laag.

RAW daarentegen is te vergelijken met het analoge negatief. Het is letterlijk jouw ‘rauwe’ foto en daarom ook niet een bestandstype die je gemakkelijk op de mail zet. Je hebt er specifieke programma’s (van Adobe bijvoorbeeld) voor nodig om het bestand te kunnen openen.

‘Maar waarom zou je dan in RAW schieten?’, horen we je denken. Een RAW bestand bevat namelijk, in tegenstelling tot een JPEG, wel alle informatie en lagen. Waardoor je de foto tot in alle details nog kan nabewerken zonder kwaliteitsverlies. Maar waarom zou je dan de instellingen op RAW+JPEG zetten? Dan krijg je de foto toch dubbel? Dat klopt! Maar wellicht wil jij al snel een onbewerkte foto bekijken of delen met vrienden en familie. Of deze snel plaatsen op Instagram of Facebook. Dan is het makkelijker om er een JPEG bij te hebben.

2. Zet je drone in AEB modus

Onze tweede tip is om je drone in AEB modus te zetten. Hierbij kan je bij veel drones kiezen of je over wilt gaan naar 3 of 5 foto’s voor elke keer dat jij op de sluiterknop drukt. Wat betekent AEB? AEB betekent letterlijk Auto-Exposure Bracketing. Ofwel: Er worden meerdere foto’s tegelijk gemaakt met verschillende belichtingen.

Veel mensen denken dat hier HDR mee wordt bedoeld, maar hier zit toch een klein verschilletje in. Als je kiest voor HDR dan maakt de camera ook meerdere foto’s in 1 keer, maar combineert deze meteen al voor je. Met AEB blijven de foto’s die tegelijk gemaakt worden bewaard als losse foto’s en kan jij zelf achteraf bepalen hoeveel hoog- of laaglichten je in je foto wilt hebben.

Wat zijn de voordelen van het schieten in AEB? Wanneer jij bijvoorbeeld landschappen fotografeert, wil je zowel je onderwerp op de grond als de lucht erboven goed belicht hebben. Dit lukt niet altijd met 1 foto. Daarvoor gebruik je AEB. Zodra er 3 of 5 foto’s gemaakt zijn kan je achteraf informatie terughalen (hoog- en laaglichten) waardoor jij EN je onderwerp EN je lucht perfect belicht hebt in je foto.

3. Zet de grid-optie in je drone aan

Gridlijnen zorgen ervoor dat jij gemakkelijk je compositie kan bepalen EN goed weet wat het midden is van jouw beeld. Ook is dit fijn tijdens het vliegen met een drone om te bepalen hoeveel voor je hebt tot een object waar je langs vliegt. In de fotografie werken we ook veel met de regel van derden. Hieronder vind je een voorbeeld van Lonneke waar ze de regel van derden heeft toegepast.

Bij de regel van derden splits je de foto op in 9 vakken zoals hierboven is te zien. Het onderwerp wil je eigenlijk plaatsen op 1 van de snijpunten van het raster (de middelste kruisen in je grid). Door dit te doen maak je je foto’s spannender en aantrekkelijker om naar te kijken. Daarbij kan je dit dus ook doen met de horizon zoals Lonneke heeft gedaan bij deze foto. Als je de horizon precies in het midden plaatst, oogt het gauw saai. Zet je de horizon wat hoger zoals met deze regel van derden dan wordt de foto al snel wat ‘spannender’.

4. Verander je Stick Modus

Bij de instellingen van je drone controller kan je de gevoeligheid van je sticks (sommigen mensen noemen het de pookjes) veranderen.

Veel drones hebben al de optie om te kiezen tussen Sport, Standaard en Cinematische modus, maar met deze instellingen kan je de gevoeligheid tijdens het sturen van je drone nog specifieker naar wens maken. Het is een kwestie van uitproberen voor jezelf wat het beste voor jou werkt, maar zodra je de perfecte instellingen gevonden hebt kan jij heel smooth met jouw drone bewegen. Dit kan voornamelijk fijn zijn als je vloeiende video’s wilt gaan maken.

5. Maak van je controller een powerbank

Stel je voor. Je bent een hele dag op pad, rond het gouden uur wil je de drone de lucht in sturen, maar de batterij van je telefoon is bijna leeg.. Wat nu?! De huidige controllers van DJI hebben een oplaadfunctie, waardoor jouw controller gaat werken als een powerbank voor je telefoon terwijl je vliegt. Hoe tof is dat?! Let wel op, als je dit aan zet gaat natuurlijk je controller wel sneller leeg. Zorg dan ook altijd dat je controller voldoende opgeladen is om beide apparaten (zowel de controller zelf als de mobiel) van stroom te voorzien.

Eerstvolgende workshop van Drone Dames: Basis drone fotografie op 8 augustus 2022. Meer informatie? www.dronedames.nl/workshop