ILT: Specific-operators krijgen half jaar uitstel voor Remote ID-implementatie
De Inspectie Leefomgeving en Transport (ILT) heeft besloten om Nederlandse drone-operators in de Specific categorie zes maanden extra tijd te geven voor het implementeren van de nieuwe Remote ID-vereisten. Het probleem is dat Remote ID add-ons mogelijk niet voldoende leverbaar zijn en niet goed getest kunnen worden. Ook zijn er zorgen over eventuele verstoringen die de add-ons met zich mee kunnen brengen.
Wat is Remote ID?
Remote ID is een technologie die drones in staat stelt identificatie- en locatiegegevens uit te zenden. Dit maakt het voor autoriteiten eenvoudiger om de drones te volgen. Vanaf 1 januari 2024 is het gebruik van Remote ID verplicht voor een aantal dronepiloten in de Open categorie. Voor de Specific categorie geldt dat alle drones moeten beschikken over Remote ID. Als een drone niet over deze functionaliteit beschikt, dient er een aparte Remote ID-module geïnstalleerd te worden.
De ILT heeft echter bedenkingen over de beschikbaarheid en de betrouwbaarheid van de technische middelen voor Remote ID. Er bestaan zorgen over mogelijke tekorten aan deze middelen en de uitdagingen die de implementatie met zich mee kan brengen. Dit omvat zorgen over de invloed van add-on systemen op de werking van de drones en de integratie van de Remote ID-code conform de regelgeving. Om deze redenen krijgen operators in de Specific categorie een vrijstelling van zes maanden voor de Remote ID-verplichting.
Voorwaarden
Deze tijdelijke vrijstelling geldt onder de volgende voorwaarden:
1. Het luchtvaartuig is nog niet uitgerust met Remote ID.
2. De goede werking van de drone is niet gegarandeerd als gevolg van het toevoegen van een Remote ID add-on, bijvoorbeeld doordat de drone te zwaar wordt of sensoren worden afgedekt.
3. De Remote ID add-on functioneert nog niet volgens de voorschriften, bijvoorbeeld doordat het exploitantnummer niet goed ingevoerd kan worden.
Het is van belang te benadrukken dat deze vrijstelling niet van toepassing is op drones die al zijn uitgerust met een goed werkend ingebouwd Remote ID. Voorbeelden van dergelijke drones zijn de DJI Mavic 3-serie, DJI M30-serie, DJI M350 RTK, en DJI Air 3. Ook benadrukt de ILT dat de vrijstelling niet van toepassing is op dronepiloten in de Open categorie.
De ILT stelt dat het ontbreken van Remote ID geen invloed heeft op milieubescherming en het naleven van essentiële veiligheidseisen, en benadrukt dat de veiligheid van vluchtuitvoeringen niet in gevaar komt door dit uitstel.
Ervaringen delen
De ILT moedigt operators tot slot aan om hun ervaringen en incidenten met het Remote ID-systeem te delen. Dit moet bijdragen aan de verbetering van de implementatie van deze technologie.
Dat is een logische stap. Wel weer lekker tijdig beslist 😉
Tijdig ja, net nadat ik remote id kastje gekocht had voor 3 drones 🙂
Ach, tzt heb je ze toch nodig neem ik aan.
Wat heeft het ILT hier nu weer mee te maken? Wat is de rol hier in, is toch naar het CBR gegaan?
De RDW gaat over de registratie van drone-operators en het verstrekken van exploitantnummers. De ILT houdt toezicht op de Specific categorie. Het CBR heeft met drones niks van doen.
Waar kan ik de vereisten voor Remote-ID vinden. D.w.z. de uit te zenden data en de technische vereisten zoals berichtfrequentie, zendfrequentie, reikwijdte, modulatie e.d.
Wellicht heb je hier iets aan: https://asd-stan.org/wp-content/uploads/ASD-STAN_DRI_Introduction_to_the_European_digital_RID_UAS_Standard.pdf
Dag Wiebe, dank je wel. Dat is wat ik zocht..!!