DCRO: Kans op flyaway bij drones veel lager dan aangenomen door regelgevers
De kans op een flyaway van een drone blijkt aanzienlijk kleiner te zijn dan wat regelgevende instanties zoals EASA aannemen. Dit concludeert de Dutch Association of Certified RPAS Operators (DCRO) in een recent whitepaper, gebaseerd op verzamelde statistieken van professionele drone-operators en fabrikanten. Het rapport roept op tot een herziening van de huidige regelgeving en stelt dat de risico’s voor professionele operators in de Specific categorie onterecht worden overschat.
Kans op flyaway aantoonbaar kleiner dan aangenomen
Volgens richtlijnen van JARUS, waar de SORA-systematiek op is gebaseerd, wordt de kans op een ongecontroleerde flyaway geschat op 1 op 10.000 vlieguren. Uit de verzamelde gegevens van DCRO-leden, een viertal externe operators en dronefabrikant DJI, blijkt echter dat deze kans dichter bij 1 op 1.000.000 vlieguren ligt. DCRO baseert deze bevindingen op meer dan 1,4 miljoen vlieguren van leden en aanvullende data van DJI, die duizenden uren van commerciële modellen analyseerde.
Omdat de kans op een flyaway volgens de SORA-systematiek sterk wordt overschat, worden professionele operators volgens DCRO onterecht verplicht om in veel gevallen Flight Termination Systems (FTS) te gebruiken en zodoende aan de eisen voor enhanced containment te voldoen. Dit resulteert in extra kosten, meer complexiteit bij de vergunningaanvraag en introduceert bovendien nieuwe veiligheidsrisico’s. De aankomende SORA 2.5 biedt geen verbetering, aangezien hierin wordt uitgegaan van dezelfde kans op een flyaway.
“Een flyaway wordt gedefinieerd als een situatie waarbij de drone buiten het operationele volume vliegt zonder dat de operator controle kan herwinnen. Uit ons rapport blijkt dat de aanname van EASA dat een single point of failure tot een flyaway kan leiden simpelweg onjuist is,” zegt DCRO-voorzitter Pieter Franken.
Aanbevelingen
DCRO doet een oproep aan de Europese luchtvaartautoriteiten (EASA) om:
1. Veiligheidsstatistieken uniform te verzamelen en verplicht te stellen voor professionele operators in alle lidstaten.
2. Containment-eisen te versoepelen, aangezien de kans op een flyaway verwaarloosbaar klein is.
DCRO benadrukt dat professionele drone-operators al werken met strikte protocollen en goed onderhouden drones, wat bijdraagt aan de veiligheid.
Uitdaging aan sceptici
Hoewel het rapport erkent dat meer data gewenst is, daagt Franken critici uit om met tegenbewijs te komen. “Dit zijn de enige statistieken die momenteel beschikbaar zijn,” aldus Franken. “Wie twijfelt, moet met harde cijfers aantonen dat de risico’s anders liggen.”
Met deze bevindingen hoopt DCRO niet alleen de regelgeving realistischer te maken, maar ook de kosten en operationele lasten voor professionele operators te verlichten.
Wil je ook een bijdrage leveren aan de professionele ontwikkeling van de drone-industrie? Sluit je dan aan bij DCRO. Als netwerk van gecertificeerde professionals zet deze branchevereniging zich in voor veilige onbemande luchtvaart, waarbij leden profiteren van waardevolle voordelen. Voor meer informatie over het lidmaatschap kan contact worden opgenomen via info@dcro.nl.
Ben benieuwd of er ook echt veranderingen komen. Krijg soms het gevoel dat regelgeving in Nederland omtrent drones vaak “natte vinger” werk is. We nemen veel van regels over vanuit andere landen of industriën, maar komt de eigen industrie met verbeteringen en feiten dan laten de authoriteiten het zich vaak achterwegen of worden aanpassingen tot in de vergetenheid uitgesteld.
Ik ben wel benieuwd in hoeverre dit voor vluchten in de open categorie geldt. Daar vinden volgens mij veel meer vluchten plaats, enerzijds door mensen die het mogelijk minder nauw nemen met regels maar anderzijds waar volgens mij vluchten veel korter duren en voornamelijk plaats vinden met sub 250 gram drones. Ik denk dat met name de kwaliteit van de drones (ook die in de sub 250 gram categorie) dermate verbeterd is dat fly-aways veel minder voorkomen dan voorheen.